Twitter
Facebook
Youtube
EN
NL
WonderWereldWeb
Linken
Gastenboek WonderWereldWeb

Park
page
Marerijk
Anderijk
Reizenrijk
Ruigrijk
Fantasierijk
Geschiedenis
WinterEfteling
Horeca en Winkels
Informatie
Openingstijden
Entreeprijzen
Efteling Abonnementen
L
CARO, een betoverende Efteling-theatershow
Overnachten
Efteling Hotel
Hotel Faciliteiten
Hotelprijzen
Hotel Kamers & Suites
Efteling Bosrijk
Efteling Bosrijk Faciliteiten
Bosrijk Boshuysen
Bosrijk Dorpshuysen
L
Efteling Golfpark
Golfpark Openingstijden
Golfpark Faciliteiten
Golfpark Prijzen
Golfpark Arrangementen
Efteling Cd's
Parkmuziek
Parkshows
Musicals
Sprookjes cds
Grondleggers
Grondleggers

Meer WonderWereldWeb:

Anton Pieck (1895-1987) laat zich niet gemakkelijk verleiden tot het avontuur dat Efteling heet. Peter Reijnders moet eind 1951 heel wat diplomatieke overredingskracht in de schaal leggen. Aan de telefoon twijfet Pieck of hij de man is die zich een voorstelling kan maken van wat Reijnders’een speel- en sprookjestuin’ noemt. Terwijl Reinders ervan overtuigd is dat Pieck de juiste handtekening heeft, verschuilt de tekenaar zich aanvanklijk achter drukke bezigheden en te veel ander werk. Uit de hoffelijkheid die Anton Pieck typeert, ontvangt hij Peter Reijnders toch. Gedurende die eerste bijeenkomst krult Pieck ergens halverwege voor het eerst lach. Zijn vrouw Jo weet dat haar man verkocht is voor idee en eraan verknocht zal raken. Pieck is een perfectionist die het liefst in de geurende stilte van zijn werkhamer tekeningen, aquarellen en etsen maakt. Zijn drang naar perfectie antvouwt hij ook al in het eerste gesprek met Peter Reijnders. Als de gedachten uitgaan naar een sprookjespark met decors van karton en kabouters van papier-maché, dan laat Pieck de beker liever aan zich voorbij gaan. Hij wil werken met echte, degelijke materialen en ruimte krijgen om de sprookjeswereld die hij aan het papier toevertrouwt driedimensionaal te vertalen.

Pieck wil deskundige mederwerkers die precies kunnen maken wat hij uittekent.’’Je moet iets goed doen of anders niet’’, zegt hij in een documentaire over zijn leven en werk. Zijn eisenpakket wordt ingewilligd,omdat zijn visue en kwaliteitsbesef precies in het plaatje passen van Reijnders.Anton Francicus Pieck word in 1895 geboren in Den Helder, samen met zijn tweelingbroer Henri. Het is vooral hun moeder die het grote tekentalent van haar twee kinderen onderkent en stimuleert. Al op jonge leeftijd geven de twee broers het leven in de sombere Koningsstraat kleur met tekenen. Anton Pieck trekt zich in zijn eigen wereld op papier terug om er in feite nooit meer uit te komen.’’Tekenen is alles en in een levensduur heb je tekort aan tijd daarvoor’’, zegt hij op 85- jarige leeftijd. Werken tot je erbij neervalt, noemt Pieck zijn ideaal. Ooit wordt hem, als hij al op hoge leeftijd is, gevraagd of hij nog wensen heeft. In de rustige spreektaal en woordenkeus die hem zo typeren, antwoordt hij dat hij ‘’nog best een paar goede schilderijen wil maken’’. Zijn passie voor tekenen en zijn enornme werklust zouden hem titel ‘de tekenende, gesloten oester van weinig woorden’ opleveren. Pieck zegt het zelf liever: ‘’Als tekenaar ben je een hand met een potlaad.’’ Dat van die oester soreekt een van zijn twee dochters tegen.’’ Dat mijn vader stil zat te tekenen in zijn werkkamer, betekende niet dat hij gesloten was. Hij was allerminst wereldvreemd en een geestig en goed verhalenverteller.’’


Het grootste succes in zijn leven behaalt Anton Pieck, naar eigen zeggen, al op elfjarige leeftijd. Met een aquarel die hij instuurt naar regionale tekenwedstrijd valt hij in de prijzen. De prijs is voor zijn moeder de bevestiging dat hij talent heeft en voor hemzelf een stimulans. Na opleidingen aan onder andere de Koninklijke Haagsche Academie voor Beeldende Kunsten en bij Bik en Vaandrager wordt Anton Pieck tekenleraar op het Kennemer Lyceum in Overveen. Hij is dan nog net geen vijfentwintig jaar oud. Veertig jaar lang blijft hij voor de klas staan.’’Een gepassioneerd leraar ben ik nooit geweest. Maar het bood me wel vrijheid om nee te zeggen tegen opdrachgevers.’’ Wat Anton Pieck over de streep trekt om wel ja te zeggen tegen de Efteling laat zich alleen maar raden. Gezien het anthousiasme dat gaandeweg het eerste gesprek met Peter Reijnders groter en groter word, moet er ergens een muntje gevallen zijn. Een muntje, dat gelukkig voor de Efteling de goede kant op rolt> Het aspect dat het zijn eer zou strelen en zijn naam zou opvijzelen, speelt bij Anton Pieck geen rol. Eenvoud en ingetogenheid behoren tot zijn karaktertrektreert bijvoorbeeld Pallieter, een boek van Felix Timmermans. En hij is jarenlang bezig met het illustreren van de Sprookjes van de gebroeders Drimm en de Sprookjes van 1001-Nacht die opgetekend werden door diezelfde broers. Hij ligt het meest voor de hand dat hij in het Eftelingavontuur dook omwille van de kinderen, wat hij in een paar nuchtere zinnen omschrijft met:’’Ik vind het een prettige zaak om voor kinderen een romantische beeld te scheppen. Het is ook zo geweldig belangrijk dat ze een speelplaats hebben waar ze later nog eens aan terugdenken, een speelplaats met romantiek dus.’’ Die speelplaats, zijn idee van een speelplek, zou de Efteling worden.


Anton Pieck creeert zijn eigen, bijzondere wereld vol nostalgie en romantiek. In eenvoud en met spontaniteit. Volgens Ton van de Ven, die jaren met Pieck samenwerkt en later creatief directeur van de Efteling wordt, zijn twee eigenschappen de basis voor het succes van het werk van Anton Pieck in het algemeen en voor de Efteling in het bijzonder. Zijn werk maakt hem geliefd bij miljoenen, terwijl de gevestigde kunstwereld hem links laat liggen. Misschien hebben die twee fenomenen met elkaar te maken. Anton Pieck stoort zich nooit aan het gebrek aan erkenning door vakbroeders. Het romantische gevoel dat hij tekent en waarmee hij miljoenen pleziert, is hem liever. Hetgeen hij onderbouwt door te zeggen dat’’iemand die zich gedwongen aanpast aan de geest van de tijd, zijn persoonlijkheid vermoordt’’.


Anton Pieck kan, hoewel zijn enorme productie dat niet verraadt, maandenlang studies maken voor één tekening. Dat tekent zijn streven naar perfectie. De vervaste persoonsbewijzen die hij in de Tweede Wereldoorlog door ambtenaren niet van echt te onderscheiden zijn, zijn ook stempels van perfectie. In de Efteling wijkt hij daar geen millimeter van af. Bij ontwikkeling en bouw van de attractie die hij tekent, kijkt hij met grote regelmaat mee over de schouders van het ontwikkelingsproces. Altijd vriendelijk en altijd met de hoed in de hand groetend, drukt hij onmiskenbaar zijn stempel op het werk. Al snel noemen de mensen in de Efteling hem de ‘milde dictator’.’’Als wij zijn creaties aan het bouwen waren en Anton zei’’, herinnert Ton van de Ven zich.


Het is geen koffiedik kijken als men vraag wil beantwoorden of de Efteling de Efteling zou zijn als Anton Pieck zijn bijzondere kwaliteiten er niet in gelegd had. De 1500 ontwerptekeningen die Pieck in totaal maakt voor de Efteling, vormen in grote delen het uiterlijk en in alles en in alles het innerlijk van onderneming. De geest die mede door Anton Pieck in de fles geblazen wordt, maakt het park uniek op de wereld. Ik herinner me nog dat eerste jaren. Ik hoorde op zondagmiddag op de radio dat het verkeer tussen Tilburg en Kaatsheuvel helemaal vastgelopen was. Ik was toen slecht genoeg om dat helemaal niet erg te vinden’’, zegt Anton Pieck eens gniffelend. Zo’n uitspraak kenmerkt de bescheidenheid van de meester over zijn verdiensten, die het sprookjescultuurgoed en het gevoel voor romantiek in de Efteling een lang en gelukkig leven schenken.


Terug naar Grondleggers

©WonderWereldWeb 2004-2019